Vroeg vertrokken i.v.m. met de achterstand van 80 km. Via Aoulouz naar de Tizi-n-Test pas. De route er naar toe was al heel erg mooi, met regelmatig zicht op besneeuwde bergtoppen. Vanaf Aoulouz reden we achter elkaar aan naar een uitzichtpunt op weg naar de pas. Deze route staat bekend als gevaarlijk voor campers. Volgens Hans is dat fijn, dan kom je die in ieder geval niet tegen! We zouden deze pas ook nooit zelf gereden hebben. Een smalle weg, soms met stukken er uit, soms smal met een afgrond er naast, veel bochten én maar klimmen. Als er grote tegenliggers kwamen, regelmatig een vrachtwagen(tje), dan moest deze eerst de truck passeren en Hans vertelde dan meteen dat er nog 6 achter hem aan kwamen. Meestal werd er dan gewacht tot we allemaal er langs waren. Lachende gezichten en duimen omhoog! Net voor de pas was er bij een restaurantje ruimte aan de kant van de weg waar we de voertuigen met passen en meten konden parkeren: theepauze. Verdiend! En toen het laatste stuk. Wat hebben gegriezeld en genoten! Leo reed deze dag en ik zei steeds: niet kijken, let op je stuur, vanavond zie je de foto's wel! En ik hing op alle manieren uit het raam om te knippen! Wat ongelofelijk mooi! Wat bijzonder om deze route te rijden. Niet in woorden weer te geven!
Na de pas op 2120 meter bleven we nog lang op hoogte rijden. Onderweg kwamen we langs de Tin Mal moskee, één van de twee moskeeën in Marokko die te bezichtigen zijn voor niet-moslims. Deze moskee staat op de Werelderfgoedlijst, wordt niet meer gebruikt, en is deels gerestaureerd. Mooi om te zien met prachtige bogen, en deels nog met het authentieke cederhouten dak. We kregen er een korte rondleiding waarna we de route weer vervolgden, richting Marrakech. Pas om 6.00 uur arriveerden we op een mooie camping ten zuiden van de stad. Alweer een lange vermoeiende dag! Gelukkig werd besloten om een dag op deze camping te blijven om een beetje bij te komen, waar iedereen heel blij mee was.
Lekker uitslapen, rustig ontbijten, in de zon koffie drinken, maar ook: een flinke was, bedden verschonen, woestijnzand grotendeels uit de camper zien te krijgen, ramen zemen, haren wassen, enz. Maar dat was dan ook heel erg nodig!
De stad zijn we niet in geweest, dat komt later tijden de reis. Dan hopen we dat ook de in Nederland bestelde onderdelen voor het gas aangekomen zijn. Die zouden er op deze camping al zijn, maar helaas! Verder koken op het één-pittertje dan maar.
Via de Tizi-n-Tichka pas, 2260 m, naar Aït Benhaddou, de oudste Kashba van Marokko. Een mooie route, maar niet spectaculair. Bovenop de pas waren heel veel souvenirwinkeltjes, en natuurlijk was één van de verkopers in Nederland geweest, kom even kijken naar de foto uit Volendam, en natuurlijk kom je dan met aankopen terug! Maar het was wel heel gezellig! Voordat we naar de Kashba reden gingen we nog even een ommetje maken naar Ouarzazate voor de supermarkt en het wijn/bier winkeltje. Weer even goed ingeslagen! Terug bij de parkeerplaats van de Kashba de campers neergezet en wandelend langs souvenirwinkeltjes en nadat we via stapstenen de rivier overgestoken zijn (verdrinken onmogelijk, hooguit natte voeten) liepen we de Kashba in. Heel sfeervol, ook al vanwege het prachtige uitzicht! Grappig om te zien hoe voor ons totaal onzichtbaar is waar het ene huis begint en het andere ophoudt. Een typisch Marokkaanse bouwstijl. Na de bezichtiging met de campers naar een plateau waar we een prachtig uitzicht op de Kashba hadden, wat vooral 's morgens bij de zonsopgang een sprookje was!
De hele route was door alle omstandigheden zo'n beetje door elkaar gehusseld, en zodoende kwam er een dag waar even flink gereden moest worden. Ruim 400 km naar Tafraoute waarvan een deel door de bergen, dus geen hoge snelheid. We vertrokken om 8.30 uur, twee heel korte stops voor koffie en brood en om 17.30 uur op de wildcamp bij Tafraoute. Veel gehobbel en geslinger, veel moois gezien, maar gelukkig maken we niet veel van zulke lange dagen. Bij aankomst waren wij de vierde camper die arriveerde en we werden aan de weg ontvangen door een auto met een campingeigenaar die heel boos was omdat we niet naar de camping kwamen. Hij vond het niet normaal dat we 'wild' gingen staan terwijl zijn camping vlakbij was. Tja, wij zijn nu eenmaal raar, midden in de natuur is het het leukst! Klachten bij de chef, zeiden we dan ook maar;). Bovendien moet er voor dit wildcamp ook betaald worden, aan de community. Dus niet zeuren!
Achteraf hoorden we dat de overnachtingsplek in eerste instantie voor de campers niet bereikbaar was van wege een diepe kuil in het pad. Even verderop werd er druk aan de weg gewerkt en Hans en Nancy hebben een de bestuurder van een shovel gevraagd om even met een vrachtje zand het pad te effenen. En zo konden we alweer op een prachtige plek overnachten.
Jammer genoeg hebben we er, waarschijnlijk door al het gerammel, weer een probleem bij: de deur van de camper kan niet meer open! Het slot wil niet meer, dus we gaan er via de portieren in en uit. Niet echt handig:( De volgende morgen heeft Hans er naar gekeken en het zo voor elkaar gekregen dat de deur wel open kan maar niet meer op slot. Gelukkig hebben we aan de buitenkant een extra schuifslot zodat we de boel toch kunnen afsluiten.
Nadat we voor het jongste lid van de groep gezongen hebben vanwege haar 10e verjaardag zijn we in Tafraoute wezen winkelen. Dit is de plaats waar de arganolie niet al te duur is, dus iedereen er op af. Een leuk stadje, ook de souk ziet er netjes uit. 's Middags vertrokken naar Les rochers peints du désert, de geschilderde woestijnrotsen. In 1985 heeft de Belgische kunstenaar Jean Verame 19 ton! verf laten aanvoeren en een aantal rotspartijen beschilderd met blauwe en rode verf. De groep was unaniem: hoe krijg je zoiets verzonnen en hoe kun je voor zoiets toestemming geven! Het is een kunst om het kunst te vinden en we hebben dan maar gauw een mooie wandeling gemaakt langs de niet-verknoeide rotsformaties.
Weer terug via Tafraoute en vervolgens een flinke route naar Amtoudi, door een typisch Marokkaans pre-Sahara landschap. Daar heeft een deel van de groep de Id Aissa Agadir, een gemeenschappelijke graanopslag uit de 12e eeuw, bezocht. Dat was een flinke klim en ik heb me aangesloten bij diegene die beneden bleven wachten. Leo is omhoog geklommen en heeft, onder leiding van een gids, de gangen waar graan en groenten opgeslagen werden, bekeken. De producten werden met ezeltjes naar boven gebracht. Ondanks dat het een stevige klim én afdaling was, vond iedereen het toch de moeite waard.
De overnachting was, we zijn er al aan gewend, weer helemaal van de wereld af. Onder leiding van Hans konden we er allemaal weer komen. Tot ieders verbazing (sommigen, zoals wijzelf hoorden het pas de volgende ochtend) was er politiecontrole. Vier man sterk in een auto kwamen ze naar de campers. Ze vonden het wildkamperen geen goed idee, er was een camping, ze konden ons niet bewaken enz. Hans en Nancy gaan daar goed mee om, ze geven handjes, blijven super beleefd en krijgen het voor elkaar om de mannen met een 'officiële' lijst met onze namen en kentekens, en daardoor zonder gezichtsverlies, te laten afzwaaien. Iedereen was er inmiddels van overtuigd dat we op eigen risico stonden, maar daar is mee te leven:). Kamperen zonder hek of muur er omheen vinden ze hier erg onveilig.
In Guelmin bij de Marjane weer voorraad ingeslagen en in het centrum de markt bezocht en nog wat souvenirs gekocht. Daarna door naar de kust: Plage Blanche aan de Atlantische oceaan. Dan rijd je door steenachtige bergen en ineens ligt daar het water voor je, wauw! Het laatste stuk weer hobbelen, maar toen stonden we dan ook op de rand van een plateau met onder ons zandduinen, strand en zee! Heerlijk genoten van de zon, strandwandeling gemaakt en versgevangen vis gegeten die door de vissers bij de campers werd klaargemaakt. Grote stenen in een kring, houtskool ertussen, fik erin, vis schoongemaakt en roosteren maar. Verser kan niet!
Maak jouw eigen website met JouwWeb