Tanzania vervolg
5 sept (107 km)
Na afscheid genomen te hebben van de Belgen en mailadressen uitgewisseld te hebben om elkaar op de hoogte te houden van de situatie van de wegen, vertrokken we naar Lake Manyara, dichtbij de camping. Net voor het park was de brug en een deel van de weg verdwenen en moesten we een stuk over grote keien hobbelen. Bij de ingang van het park bleek ook de receptie en het bezoekerscentrum verdwenen te zijn dankzij ernstige wateroverlast rond Pasen. Op de parkeerplaats leuk contact gehad met vier Afrikanen en alweer mailadressen en informatie uitgewisseld. Zij rijden in de tegenovergestelde richting en konden ons informeren over de kwaliteit van de wegen die wij nog te gaan hebben.
Het eerste deel van het park was jungle-achtig, heel groen en prachtige bomen. Daarna ging het over in savanne waar we al meteen groepen dieren zagen, gnoe's, zebra's en vooral heel, heel veel monkeys en baboons. Bij het meer aangekomen zagen we veel flamingo's, en ook buffels en pootje-badende struisvogels. Aan één kant wordt het park begrensd door een grote rotswand, van de Grote Slenk, of de Rift Vallei. De wegen waren onverhard, soms heel zanderig, en soms moesten we omwegen maken vanwege zware beschadigingen in het hoofdpad. Onderweg spraken we nog een gids van een jeep, die vertelde dat zij leeuwen hadden gezien. Aangezien het tijd werd voor de terugweg konden we achter hem aanrijden zodat hij ons de leeuwen kon wijzen, en ja hoor, leeuwen, maar behoorlijk ver weg. Maar wel te zien zonder verrekijker, dus deze tellen we mee;). Er zouden hier boomklimmende leeuwen zijn, maar die hebben we niet gezien. Weer een prachtig park, heel anders dan gisteren. Ieder park heeft weer zijn eigen bijzonderheden!
Na het park nog even naar de Massai-markt, maar dat viel wat tegen. We werden steeds gehinderd door allerlei jonge mannen die willen 'helpen met vertalen' en er intussen zelf lekker aan verdienen, en er waren er ook die souvenirs te koop hadden en die soms heel opdringerig kunnen zijn. Ze zien toeristen echt als wandelende portemonnees! Ze vragen soms vijf keer de prijs van de winkel, en dan valt het niet altijd mee om je geduld te bewaren.
6 sept
De camper mocht vandaag op de camping blijven. We werden opgehaald door Ibrahim voor een villagetour door het dorp naast de camping, zie project Mto wa Mbu . Eerst naar de rijstplantage waar we vol bewondering keken naar de vrouwen die met natte voeten en natte rokken aan het werk zijn. Daarna naar de woodcarvers, van de Makonde stam, oorspronkelijk uit Mozambique. Wat een prachtige werkstukken maken ze daar. Via een uitgebreide wandeling (pole pole) door de bananenplantage van de Chagga stam, waar we bananenbier mochten proeven, naar een kleuterschooltje, waar de kinderen even lieten horen wat ze geleerd hadden: tellen in het Engels en een liedje met gebaren, heel leuk. En natuurlijk wilden ze ons allemaal een handje geven! Ook nog even langs bij kunstenaars die mooie schilderijen maken, ook de z.g. Tinga Tinga schilderijen. Daarna een lunch met veel plaatselijke gerechten (o.a. gekookte groene bananen) bij mensen van de Parre stam. Heerlijk even bijkomen aan een tafeltje onder de bananenbomen. Als toetje papaya en .... bananen. Ze hebben hier van die leuke kleine banaantjes, ongeveer 6 cm groot. Helaas waren er geen rode bananen, die wil ik graag eens proberen.
Lekker even uitgerust dus we konden weer verder: naar de hoofdweg door het dorp waar een TukTuk stond te wachten om ons naar een Massaï dorp te brengen. Ergens in het niets staan her en der hutten van een mengsel koeienpoep en aarde met dak van rijststro. We werden met een dans welkom geheten en moesten natuurlijk meedoen. Tijdens de dans springen de mannen hoog op om te laten zien hoe sterk ze zijn. Ik kreeg een prachtige kraag van kralen om en moest ook meedansen. Zonder dat was het eigenlijk ook al warm genoeg:). Daarna in een hut gebracht waar e.e.a. over hun tradities werd verteld. We konden uitgebreid foto's maken, wat ik dan ook gedaan heb. Eén ding staat vast: er zijn veel plaatsen waar ik best zou willen wonen, maar niet daar!Alles grijs van zand en stof, kindjes echt vies met allemaal vliegen op hun snoetjes, brrrrr.
Daarna weer met de TukTuk terug naar de camping waar Ibrahim nog even een colaatje bleef drinken zodat we hem nog even het hemd van het lijf konden vragen, over deze dag maar ook over de stam waar hij zelf uit komt, de Skuma. Want hoewel hij een opleiding genoten heeft en een baan als gids heeft, moet hij toch maar afwachten of hij een bruid vind die betaalbaar is voor de ouders. Voor zijn zus, die we ook gezien hebben, werd met 48 koeien betaald, een forse uitgave. Als ouders het niet kunnen betalen, zelfs na een stevige onderhandeling want ook daarbij moet je afdingen, dan gaat het feest niet door en moet je op zoek naar een ander! Als er meer geïnteresseerden zijn gaat het bij opbod! Mocht Ibrahim verliefd worden dan overlegd hij eerst met zijn ouders over de haalbaarheid, anders moet hij verder zoeken. Voor ons onvoorstelbaar.
Al met al een drukke maar heel bijzondere dag!
7 sen 8 sept ( 41 en 0 km)
Zoekend naar de camping waar we nu een paar dagen gestaan hebben, kwam Leo terecht op de website van Sarakasi ya Vijana van de stichting Twiga. Na e-mailcontact hebben we vanmorgen een bezoek gebracht aan dit project voor kansarme kinderen, opgezet vanuit Nederland.
Het was even zoeken, want niet iedereen in het dorp was er van op de hoogte dat ze verhuisd waren, maar uiteindelijk, aan het einde van een heel lang en hobbelig pad, vonden we het. We werden zeer hartelijk ontvangen door Anne en Jill, twee Nederlandse dames die daar als vrijwilliger het project coördineren. We werden rond geleid en maakten kennis met diverse vrijwilligers uit het dorp. Er komen daar dagelijks kinderen die op de één of andere manier buiten het gewone onderwijs vallen, en daar liefde, aandacht en goed onderwijs krijgen.
We kwamen onder de indruk van het werk wat daar gedaan wordt. De twee Nederlandse dames wonen op het terrein waar zowel overdag als 's nachts bewakers zijn. De kinderen en de andere vrijwilligers slapen thuis en komen 's morgens waarna ook vaak de moeders nog even wat klusjes doen. Ook de vaders en de bewakers (die niet veel te bewaken hebben) doen klussen op het terrein.
Toen we daar rond liepen merkten we al snel dat er nog heel veel nodig is. Er is daar geen leidingwater, alles wordt in tonnen aangevoerd. Even een douche is er niet bij, een emmer water om je te wassen, en dat is het. Het project moet het hebben van donaties, de vrijwilligers krijgen een kleine vergoeding, de rest is voor de kinderen. Absoluut een goed doel om geld over te maken, ze weten daar niet eens wat een strijkstok is:).
Grenzend aan het terrein ligt een savanne waar de kinderen alle ruimte hebben om te spelen. We zijn daar nog even wezen kijken, en toen was het weer tijd om afscheid te nemen. Maar we kunnen volgen wat daar gebeurt: www.stichting-twiga.nl
Over het project valt heel veel te vertellen, kijk maar onder het knopje Stichting Twiga.
We reden verder naar Karatu, waar we nog een heel grote mark bezochten, waar vooral veel koeien en geiten verhandeld werden. Ook hing er vlees dat daar klaargemaakt werd op een vuurtje, daar zijn we maar snel voorbij gelopen, jech!
De camping was bij een lodge, maar alweer het stiefkindje, duur, en absoluut geen waar voor je geld. We dachten: lekker, met zwembad, maar dat kost, naast het hoge campingtarief, 10 USD p.p./p.d. Er wordt gebruik (misbruik) gemaakt van het feit dat dit het laatste dorp voor de Ngorongorokrater is. Tanzania is een mooi land, maar de zak met geld die je er voor nodig hebt moet wel groot zijn.
Morgen rustdag (daar zijn we ook echt weer aan toe), maandag verder.
9, 10 en 11 sept (391 en 134 km)
Om 8.30 uur stonden we bij de ingang naar de Ngongoro Conservation Area, in de rij voor de permit. Een half uur later konden we door de gate, nadat we nog even genoten hebben van de vele apen die daar rondstruinden. Een paar hadden een bus ontdekt die een paar kratten met flesjes limonade op het dak had staan. Al snel hadden ze een paar flesjes gepikt en een slimmerd kreeg er één met zijn tanden open. De chauffeur zal niet blij geweest zijn want als het met een flesje niet lukte werd dat gewoon op de bus gegooid!
Na een flinke klim naar de kraterrand ontdekten we dat het uitzicht tegenviel: dikke mist, en koud! Verder gereden naar het pad waar je in de krater kan afdalen. Ook daar weer een controlepost, die vertelde ons dat we een gids mee moesten nemen de krater in, maar we konden ze overtuigen dat we daar echt geen plaats voor hadden. Dus mochten we zonder gids verder. Het pad naar beneden was smal (gelukkig eenrichtingverkeer) met hobbels en putten (je zou er bijna aan gaan wennen, bijna!), en heel stijl. Maar de mist was inmiddels opgetrokken en we hadden een prachtig uitzicht op het meer.
De hele dag daar rondgereden en genoten van de prachtige natuur. Een bijzonder idee dat je de hele dag kunt rondrijden in een krater! Er stonden heel veel flamingo's in het meer, we zagen diverse hyena's en jakhalzen, een cheeta en ook een aantal leeuwen. Van een passerende jeep hoorden we dat er een leeuw een buffel gedood had, dus wij natuurlijk ook er op af. De buffel lag inderdaad dood op de grond, maar de leeuwin bleef er maar hijgend bij staan en als maar achterom kijken. We dachten dat ze op andere leeuwen stond te wachten, maar ze kon ook te moe zijn om te eten. Het duurde ons te lang dus we zijn verder gereden. Aan het einde van de dag waren we bij het pad dat ons uit de krater zou voeren, maar helaas was men vergeten aan ons door te geven dat dat pad gesloten was. Dat had men bij de gate moeten vertellen, maar ja... Het gevolg was dat we weer helemaal naar de overkant van de krater moesten en de hele kraterrand weer terugrijden. We wilden die avond al in de Serengeti kamperen, maar dat ging het dus niet worden. Het voordeel van dit gedoe is dat we weer langs die dode buffel kwamen, waar nu een leeuwin lag met twee welpen. Prachtig. Of het dezelfde was weten we natuurlijk niet.
Om op de kraterrand te kamperen moet je een permit hebben die we bij het hoofdkantoor konden kopen, maar dat was natuurlijk al gesloten. Gelukkig was er toch iemand zo vriendelijk om op te komen draven en zo kwamen we net op tijd (voor het donker) op de Simba A campsite, een eenvoudige camping waar de zebra's om de camper liepen. Tot onze verbazing kwamen we daar het Belgische echtpaar tegen die we eerder al ontmoet hadden. Meteen nadat we de camper op een plekje gezet hadden kwam er een bewaker om te vragen of ik even mee wilde gaan dan zou hij mij de keuken wijzen. De campings hier hebben een keuken voor algemeen gebruik. Toen ik zei dat we zelf een keuken hadden dacht hij dat ik hem niet begreep. "Kitchen, for cooking!" zei hij. 'Ja, die hebben we zelf". Hij keek me aan van: ja hoor, natuurlijk! Dus ik moest lachen en liet hem in de camper kijken. Het fenomeen camper is hier echt onbekend. Hij wist niet wat hij zag: een keuken, een bed, een toilet.... helemaal enthousiast.
We waren bekaf, want het pad op de kraterrand is heel slecht en in totaal hadden we 12 uur gereden! Om 21.00 uur lagen we al in bed. De camping ligt op 2400 m en het was er bere-koud, onze extra dekens maar weer tevoorschijn gehaald.
Omdat het kamperen op de kraterrand niet gepland was moesten we weer heel vroeg op want de permit was geldig tot 's morgens 8.30 uur en het was nog 2,5 uur rijden naar de grens met de Serengeti. Dus om 5.30 uur ging de wekker en een half uur later waren we al op weg. In het donker en in de mist! Gelukkig werd het al snel licht, want daar wil je echt niet in het donker rijden! Wat een prachtig gezicht, die zonsopgang over een prachtig heuvellandschap, buiten de krater. Meteen al weer veel dieren, vooral giraffen, die kunnen de kraterrand niet over, die lopen buiten dat gebied. Iets over tijd arriveerden we bij Naabi Gate, in de Serengeti. Daar bij de Ngongoro gate af gemeld en een permit voor de Serengeti, 2 x 24 uur en 2x overnachten op een camping. We waren nog maar net in het park toen we een leeuw zagen wandelen en al heel snel zagen we er meer. We zagen zelfs een groep van 13 leeuwen! We hadden gehoopt dat de Serengeti beter berijdbaar zou zijn, nou, niet dus. In Seronera hebben we getankt en Leo vroeg of ze even naar de schokbrekers wilden kijken, we verloren olie. Kaduuk! Geen wonder, als je weet hoe we hobbelend en bonkend daar rond reden. Gelukkig kon het snel geregeld worden en na een uurtje konden we weer verder. We wilden graag naar Lobo Campsite, nog een heel eind rijden naar het noorden. We hoopten nog iets van de migratie mee te krijgen. Die weg zou iets beter zijn, nou, soms wel en soms niet, en dus kregen we onze 6e lekke band! Dat betekent: goed rond kijken naar wilde dieren en intussen de band verwisselen. Gelukkig stopte er al snel een jeep en kregen we hulp. Uiteindelijk arriveerden we, na al weer 12 uur rijden, op de camping. Deze was te vies voor woorden, bij de herenafdeling was geen wasbak, en ik zat op het toilet met mijn voeten in douchewater: voeten wassen tijdens 't plassen, wat wil een mens nog meer!
Maar we hadden een mega-uitzicht! Heel veel buffels, zebra's en gnoes graasden voor de camper, echt gaaf!
Personeel van de camping heeft de lekke band gerepareerd. Heel fijn, om 22.30 uur, toen wij, en de rest van de camping (er was nog een groep) sliepen, werd er op de camper geklopt. Je schrikt je wezenloos: kwamen ze de band brengen!
De volgende morgen eerst rustig ontbeten, we waren een beetje oververmoeid. Om 9.30 uur vertrokken, eerst voor een ritje op een binnenweggetje, maar dat werd te heftig, dus terug naar de hoofdpiste, op weg naar een camping bij Ikoma- gate waar we de volgende ochtend het park wilden verlaten. Veel gnoe's, zebra's en bokkies gezien, alweer :). Helaas geen leeuwen of luipaarden.
Lekker op tijd bij de gate aangekomen, we wilden graag een poosje bijkomen op de camping. Toen we ons meldden keek men verbaasd: camping? o ja, we hebben een camping. Nou, dat beloofde wat. En ja hoor, een eindje verder was een stukje grond wat zich niet onderscheidde van de rest van het park, met een betonnen gebouwtje wat er nieuw uitzag. Dat was het waarschijnlijk ook, netjes betegeld, maar vuil!!! Vragen ze ook nog: Okay? Nee dus! Wij terug naar de receptie en ons beklag gedaan. 60 USD voor dit? Eerst was er gewoon alleen een vriendelijk schouder ophalen, uiteindelijk was men bereid een toilet en douche te gaan schoonmaken alleen: er was helaas geen water. Maar we konden wel een emmer water krijgen? Ik voelde me al niet lekker, al een paar dagen darmproblemen, en we waren ook heel erg moe en dan is zoiets echt de druppel. We zijn meteen het park uitgegaan, we waren er klaar mee. De Serengeti is mooi, maar als je kijkt wat het allemaal kost, dan is de verhouding ver weg, jammer.
Het mooiste was nog dat we buiten het park, richting Mwanza, een goede onverharde weg troffen en hele kuddes gnoes passeerden die al weer op de terugweg waren vanuit Kenia. We hadden al gehoord dat we die misschien zouden treffen omdat de migratie dit jaar een paar weken voor loopt. Zo bijzonder, echt ontelbaar veel gnoes, vergezeld door zebra's en in één geval ook door een hele kudde olifanten! Geweldig!
Uiteindelijk kwamen we bij Lake Victoria op een lodge terecht waar we de camper bij een huisje mochten zetten. Afscheid van de Serengeti: Een beetje een kater, wij bekaf en de camper heel vuil!!!
12 en 13 sept (145 km)
Vandaag de camper uitgemest: alles zat onder het zand en stof. Ook wat was gedaan. Door het sop was het me niet opgevallen maar bij het spoelen van het wasgoed zag ik hoe smerig het water was. Er werd met een pomp water uit het meer gehaald, maar te dicht aan de kant. Ik ben maar gestopt, alles laten drogen en dan spoel ik morgen op een andere camping wel verder.
Met de beheerder van de lodge nog door het dorp gewandeld. We leken de rattenvanger van Hamelen wel. In een mum van tijd liep er een massa kinderen achter ons aan. Sommigen verlegen lachend maar anderen durfden meer en wilden een handje geven of onze arm aaien. Aandoenlijk.
Langs de camping staat riet, dus beide avonden uitgebreid muggen gemept, gek werden we er van!
Volgende dag naar Mwanza. Onderweg reed er een Jeep voor ons met een sticker achterop: B. En ja hoor, de Belgen die we al twee keer eerder ontmoet hadden. Meteen allebei de berm in om even te kletsen en toen allebei op weg naar dezelfde camping.
Wij moesten broodnodig onze voorraad aanvullen, we leven al dagen op oud wittebrood met jam of chocolade pasta, en blikjesmaaltijden. Zelfs het water (hier drinken en koken we alle maanden uit flessen) en het toiletpapier is op, armoe troef:). Helaas weer geen grote supermarkt, dus overal wat gekocht en toen naar de camping bij de jachthaven. Daar aangekomen zagen we het: de Belgen al gearriveerd en wij al weer een lekke band!!! Nr. 7! Gelukkig niet onderweg, nu kunnen we eerst relaxen en wachten tot het wat minder warm is. Morgen weer verder want er is een bruiloft op het terrein, dus moven!
14 t/m 17 sept (44 km)
Meteen 's morgen naar een garage om de band te laten repareren. Aangezien de hele stad zonder stroom zat moesten we naar een garage met een generator. Gelukkig zat er één vlakbij, dus dat was geen probleem. De band was goed beschadigd, maar erger was dat de goedbedoelde hulp onderweg in de Serengeti verkeerd uitgepakt heeft: de moeren iets te enthousiast aangedraaid, zodat er uiteindelijk drie bouten en vijf moeren vervangen moesten worden en één moest er zelfs afgeslepen worden. In Afrikaans tempo betekent dat urenlang hangen in de garage! Gelukkig werd het hier ontdekt, je zou onderweg een band moeten verwisselen en de moeren niet los krijgen, dan heb je pas echt een probleem.
Daarna naar Tunza Lodge, aan het Lake Victoria. Bij aankomst waren L en C al gearriveerd en bleek er een party aan de gang: groot kabaal! Tunza Lodge heeft geen camping, maar we kregen de sleutel van een huisje voor het sanitair. De camper en de auto met daktent mochten op het strand, maar dat kon pas na afloop van het feest. Gelukkig stonden bij het huisje ook stoelen en konden we rustig wachten tot de avond. Heerlijk, een prachtige plek, en schoon sanitair: hier blijven we een paar dagen. Heerlijk lezen, handwerken, wijntje drinken met de buren, plannen maken, de was laten doen en vooral genieten van zon en uitzicht!
Druk overleg gehad met de (Zuid Afrikaanse) eigenaar van de lodge. We hadden gedacht om naar het zuiden te rijden en met een boottocht over het Lake Tanganyika richting Malawi te gaan. Blijkt die boot geen mogelijkheid te hebben om er op te rijden, dat gaat met takels om de wielen. En aangezien de camperwanden van polyester zijn is de kans op schade vrij groot. Jammer, het moet een mooie tocht zijn, maar dan zien we er toch maar vanaf. Woensdag vertrekken we hier vandaan en gaan via Dodoma naar Mbeya, volgens info een redelijke weg. We zijn benieuwd. Vraag hier naar de route en de weg is altijd goed en het is nooit ver! Nu vragen we het een aantal keren en nemen het gemiddelde:).
Vanaf dat we Mozambique in kwamen ben ik een kanga gaan dragen zodra ik uit de auto stap. Dat wordt hier zeer gewaardeerd, ik krijg daar veel reacties op. Men houdt hier niet van vrouwen in lange of korte broeken of korte rokken, alle vrouwen hier dragen lange rokken of een kanga. Regelmatig worden er duimen opgestoken of noemen ze me zeer complimenteus mama Afrika. Als ik dan ook nog "jambo" zeg, wordt het wat verwarrend: ik kleed me Afrikaans, spreek Swahili en ben blank! Dat mag ik dan uitleggen en dan vertel ik maar dat ik maar 4 woorden Swahili spreek en dan proberen ze me er nog wat bij te leren, maar ik vind het tong-brekend!
18, 19 en 20 sept. (465, 245 en 316 km)
Gisterenavond met L en C in het campingrestaurent gegeten, als afscheidsmaal,vandaag gaat ieder weer zijn eigen weg. We zullen ze missen, het was heel gezellig om een paar dagen met elkaar op te trekken.
Vannacht is het noodweer geweest, het heeft keihard geregend, geonweerd en gewaaid. De camper ging heen en weer en we hielden het binnen niet droog. De volgende morgen bleek er water op het aanrecht te staan en ook in een paar kastjes was het nat. Gelukkig niet bij de kleding! Weinig geslapen dus, ook al omdat we om 6.30 uur wilden opstaan zodat we vroeg konden vertrekken. Na nog eens afscheid genomen te hebben gingen we eerst nog even Mwanza in voor vers brood en vis, daar hadden we een goed adres voor gevonden. Al snel waren we de drukte uit en reden we via een prima asfaltweg richting Dodoma. Helaas kregen we na twee uur rijden onze 8e lekke band. Om bij lekke banden toch positief te blijven hebben we besloten om voor iedere lekke band een ijsje te nemen. Aangezien die hier in Tanzania bijna niet te koop zijn, hebben we er dus nog wat te goed:). Het wisselen gaat steeds sneller en in Shinyanga vonden we makkelijk een adres om de band te laten repareren. Eind van de middag kwamen we in Singida en vonden daar aan een meertje een terrein met een barretje waar we mochten staan, want campings zijn op deze route nergens te vinden. Er was daar een hurktoilet en een buitenkraan, een vriendelijke eigenaar en een prachtig uitzicht! Ik lag al vroeg in bed, de vorige nacht echt slaap tekort gekomen!
De volgende dag verder naar Dodoma, alweer via die mooie asfaltweg en met, vooral dichtbij de stad, een mooi landschap: vlak, onderbroken door enorme rotspartijen en bezaaid met Baobab-bomen, heel bijzonder. Onderweg een paar keer aangehouden door politie. Altijd weer schrikken;), maar ze willen alleen maar een vriendelijk praatje maken, waar we vandaan komen, waar we naar toe gaan en welkom in Tanzania!
Om 14.00 uur al in Dodoma, waar we in de Cana Lodge een kamer huurden terwijl de camper op de ommuurde en beveiligde binnenplaats kon staan. De prijs van de kamer met een keurige en schone! badkamer en incl. ontbijt is net zo hoog als een camping, dus dat was snel beslist. Rond gelopen door het drukke centrum met heel veel shopjes en verder bij de camper gezeten om te lezen en te internetten. Gezellig contact met de eigenaar die wel interesse had in onze camper, voor wat het waard is.
Na een prima ontbijt zaten we de volgende morgen om 8.00 uur al weer in de camper voor het laatste traject van deze doorsteek. Allereerst al lastig om de juiste weg te vinden, borden ontbraken daar. Deze weg was minder dan het eerste deel, grotendeels parallel gereden omdat men bezig is een nieuwe weg aan te leggen. Die wordt pas geopend als alle 300 km klaar zijn denk ik. Het is een hard gelag als je maar zit te hobbelen en schudden terwijl er een strakke asfaltweg naast ligt die nog niet gebruikt mag worden. Toch is deze route goed te doen, vooral ook doordat er bijna geen ander verkeer is. Als je maar geen haast hebt. We deden 7,5 uur over totaal 316 km. Heel veel Baobabs gezien, door berglandschap gereden, kortom: een mooie omgeving.
Uiteindelijk kwamen we bij camping Old Farmhouse, waar we op de heenweg ook gestaan hebben. Morgen verder naar Mbeya, onze laatste stop in Tanzania.
21 en 22 sept (346 en 0 km)
Na een rustig begin in het zonnetje zijn we vandaag verder gereden richting Mbeya. Daar zou een camping zijn op een missiepost. Ter plaatse bleek het een grasveldje bij een kerkje, niet bereikbaar voor de camper, maar we mochten op de parkeerplaats staan. Na een bezoekje aan het toilet besloten we verder te rijden, weer de superdrukke en vuile stad door, op zoek naar Bongo Camp bij Tukuyu. Onderweg nog een ijsje verdiend :) met onze negende lekke band.
Op de site van Bongo Camp stond dat je er mensen kon ontmoeten vanuit alle landen, en dat er soms live-muziek was. Wij, groene blanken, nog denken: als het maar niet te druk is! Aan het einde van een superhobbelpad stonden alle kindjes uit het dorpje ons zwaaiend en zingend te verwelkomen en het zag er niet naar uit dat ze dat die dag al voor de honderdste keer deden. En inderdaad, we zijn weer eens de enige gasten. Een heel mooi terreintje naast een bananenplantage en vriendelijke mensen. Einde positieve punten! Er zouden warme douches zijn, nou, douches waren er en na een half uurtje kwam de campingmevrouw vertellen dat er een emmer warm water in stond. Nou ja, dat kan natuurlijk ook. De wastafel had gelukkig ook geen water, gezien het feit dat er ook geen afvoer was .Ook was er een restaurant. We bestelden eten voor 19.00 uur. Om 19.15 uur maar eens wezen vragen of het eten klaar was (we roken nog geen bakluchtje) en ja hoor, voor ons allebei een plastic tasje waarin een bord eten, blazen overbodig. En bestek? O, dat hebben we niet!
We hebben het maar meegenomen naar de camper en ons eigen bestek gebruikt. We hebben echt goede messen, maar Leo kwam niet door het vel van de kippenpoot, keihard en verdroogd. Ook de rest was beneden peil, zelfs uit de banaan kwam bruin water! We hebben alles vakkundig laten verdwijnen in een plastic tasje en bananen van onze voorraad gegeten. Wie graag wat af wil vallen kan het beste hierheen komen!
Heerlijk geslapen en om 7.00 uur gewekt door harde radiomuziek, dus konden we op tijd ontbijten. Om 10.00 uur begon er ineens een' klok' te slaan! Bleek dat het gebouwtje naast de camping, wat we voor een stal hielden, een kerkje te zijn. Wij aan campingmevrouw Flora gevraagd of we daar welkom zouden zijn, en ze nodigde ons uit om met haar mee te gaan, zij ging er ook naar toe. Het was een eenvoudig gebouwtje met beschilderde muren en de vloer van aangestampte aarde. Ter versiering wat strikken zoals wij ze kennen van bonbondozen, en in kopjes met stukjes eraf stonden wat blaadjes en bloemetjes. De banken waren zeer primitief en ik was dan ook blij dat ik naast een muur zat, zodat ik daar tegenaan kon leunen, want de dienst duurde 2,5 uur. Maar wat een enthousiasme, geweldig. Er werd gedanst en gezongen terwijl een vrouw op een trommel en een man met een plankje met platgeslagen flessendoppen de zang begeleidden. We werden ook hartelijk welkom geheten. De dienst was in het Swahili, maar Flora kon een beetje Engels en probeerde zo goed mogelijk te vertalen. Ze had zelfs voor ons het Nieuwe Testament in het Engels meegenomen! We moesten ons zelf even voorstellen en aan het einde van de dienst werd er speciaal voor ons en onze reis gebeden. Dat bidden was werkelijk: God aanroepen, want ieder voor zich (maar allemaal tegelijk) riep op luide toon een gebed. Voor ons erg chaotisch, maar ik weet zeker dat God de gebeden gehoord heeft, en daar gaat het om!
Aan het einde van de dienst was het buiten nog handen schudden en heb ik, via Flora, gevraagd of ik nog wat foto's mocht maken, en dat mocht. Vooral de kinderen , die ons eerst eng vonden maar al gauw wat vrijer werden, vonden het leuk om de foto's op de camera te bekijken. Later op de dag kwamen ze steeds even zwaaien!
We vonden het heel bijzonder om deze dienst mee te maken,zo eenvoudig en zo spontaan, het heeft alle nadelen van deze camping doen vergeten.
Dit was onze laatste stopplaats in Tanzania, morgen gaan we terug naar Malawi, op weg naar Zambia. Tanzania was heel anders dan we ons voorgesteld hadden. De verhalen die je hoort zijn vaak van mensen die met een georganiseerde reis naar de parken gaan en in lodges slapen, volledig verzorgd. Dan heb je niet zo door wat een gedoe het is om aan eten te komen. Steeds heel veel winkeltjes af en overal wat kopen en nog niet alles hebben wat je nodig hebt. Zo zachtjes-aan zijn we klaar met uien, tomaten en bananen. En met mensen die ons als wandelende geldbuidels zien! Gisteren nog wel een goede investering gedaan: een broodrooster! Kunnen we het droge brood toasten, lekker.
Al met al een land met mooie parken, maar je hebt er wel een flinke zak met geld voor nodig! Misschien toch teveel, gezien het feit dat het hoogseizoen en toch nergens druk was. Het is te hopen dat Tanzania zich op deze manier niet uit de markt prijst!
Als u in het linkermenu op Zuidelijk Afrika klikt, ontvouwt zich rechts een menu met Zuid Afrikaanse landen en vind u het knopje: Terug in Malawi.
Maak jouw eigen website met JouwWeb